vrijdag 30 januari 2009

Kapotte bril

"Stil!" zeg ik terwijl ik de autoradio luider zet. Minutenlang zeggen we niets en luisteren we verbijsterd naar het verschrikkelijke nieuws. Het is vrijdag 23 januari, Dieter en ik zijn onderweg naar het UZ in Gent als we geschokt zijn door het drama in de crèche van Dendermonde, in de buurt waar mijn zus woont. "Vanmiddag zijn alle operaties met kinderen afgelast om paraat te staan voor eventuele dringende operaties," fluistert de verpleegster. Onwezenlijk. Natuurlijk gaan onze gedachten naar de ouders van de slachtoffers - en naar zoon Leon die we elke dag naar de crèche brengen. "Erger bestaat niet," kopt de krant terecht.

Na drie FEC-sessies krijg ik nu voor de eerste keer Taxotere, wat ik niet erg vind na de FEC-misselijkheid. Taxotere is een anti-kankermedicijn dat gemaakt wordt van de naalden van taxusstruiken. Een soort bioproduct als het ware. Zo werkt het: in elke menselijke cel bevinden zich zogenaamde "microtubuli". Dit zijn kleine, buisvormige structuren die de cel zelf aanmaakt en die noodzakelijk zijn voor de celdeling. Taxotere verstoort de normale werking van deze microtubili door er zich aan vast te klampen. De cel kan zich niet meer delen en sterft af.

"Papa, mama is een beetje ziek omdat chemo-Kasper zijn bril weeral kapot is, hé. Dan eet hij niet alleen de stoute kankercelletjes op, maar ook de flinke celletjes." Nina neemt een hap van haar boterham met choco en draait zich naar mij. "Dan ben je een beetje moe en een beetje ziek, hé mama." Dankzij het verhaal van chemo-kasper op http://www.vokk.nl/website/images/flash/chemokasperverhaal.swf herinnert Nina ons eraan dat de goede het alweer bekopen van de slechte (kanker)cellen.

Pure angst

Ik zag vreselijk op tegen deze sessie. Het lukt me maar niet om het ziekenhuis en de chemo als genezing te zien. Rationeel misschien nog net wel, maar mijn gevoel spoelt de rede moeiteloos weg. De oncologe legt me uit dat de misselijkheid bij taxotere meestal grotendeels achterwege blijft. "Meestal," echo ik. "Je hebt blijkbaar moeite om het te geloven," merkt de oncologe: "maar je hebt je deel nu echt al wel gehad met de zware misselijkheid door de FEC." Zaterdag en zondag ben ik zo blij dat het sussend toontje terecht was. Geen misselijkheid! Dat ik minder goed kan slapen door de cortisone die de bijwerkingen in toom houdt, neem ik er met de glimlach bij.

Na het weekend krijg ik wel een mentaal dipje. Weg positiviteit-wegens-we-zijn-toch-al-over-de-helft! De waslijst mogelijke bijwerkingen worden één voor één realiteit en verstoren ongevraagd mijn innerlijke rust. Verminderde weerstand, vermoeidheid, kortademigheid, darmproblemen, pijnlijke spieren en gewrichten en verandering in smaak. De koppijn, duizeligheid, de rare zenuwpijnen en de vieze smaak in mijn mond zijn de grootste humeurverpesters. Daarbovenop merk ik dat mijn weerstand weer een trapje afgebrokkeld is. Ik voel dat het echt lastiger wordt, ook mentaal. Dinsdag trekt de zware mist niet op, noch buiten, noch in mijn hoofd.

Dan is het uitkijken naar mijn bloeduitslag vrijdag. Hopelijk zijn de waarden goed, want men voorspelt voor 't weekend een weerstandsdipje. De neutrofielen - de witte bloedcellen die me moeten hoeden voor infecties - stonden vorige vrijdag maar op 1000 en dat is de onderlimiet om een fluosessie te mogen aanvatten. En vandaag precies een week later staan ze op amper 400, echt heel laag dus. Omdat ze al eens op 500 stonden, neem ik preventief antibiotica en mag ik binnenkort een soort epo-spuitjes krijgen. Goed gezien van die dokters: ik kan een boost inderdaad goed gebruiken, want de wielerklassiekers staan voor de deur. En tegen de Tour de France wil ik mijn topvorm (enkelvoud) terug, met of zonder doping ;-)

Ook de kwaadheid in me manifesteert zich af en toe. Kwaadheid om wat die rotkanker mij, mijn gezin en mijn familie aandoet. Klagen en vloeken helpen me wel niet verder, maar het doet gvd wel eens deugd! Ach, ik troost me met de gedachte dat we alweer een stapje verder zijn. Nog twee fluosessies te gaan. Laat de zonnestralen deze dagen dan maar verdampen tot mistige herinneringen. Herinneringen aan wat ooit m'n borstkanker geweest zal zijn. Op een mooie dag.

vrijdag 16 januari 2009

Driehoeksverhouding

Zaterdag zetten we een stap in de illegaliteit door te gaan glijden op de Gavers. De frisse, koude lucht en de prachtige natuur doen me zichtbaar opleven na de voorbije week . Zondag voelde ik me ook opperbest en maandag was een fijne dag.

Maar dinsdag heb ik een complete off-day. Ik breng 's morgens een bezoekje op het werk. Ik maak kennis met mijn vervangster waar ik meteen een goed gevoel bij heb. Toch is het best confronterend om iemand anders in mijn bureau en op mijn stoel te zien zitten.

Daarna spring ik even binnen in de winkel. Plots merk ik dat mijn batterij helemaal leeg is. De vaststelling dat enkele korte boodschappen me zo leeg maken is de druppel op deze emotionele dag. Ik moet er de rest van de dag van bekomen. Later bellen enkele bezorgde collega's die met hun therapeutenblik mijn dipje in het vizier hadden. Het blijft gelukkig bij die ene miserabele dag deze week.

Nu ruim ik even plaats voor een gastbijdrage over onze ménage à trois, geschreven door mijn lieve man. Hij is mijn grootste steun en toeverlaat, mijn rots in de branding. Mocht ik nog niet getrouwd zijn, ik vroeg hem ter plekke ten huwelijk.

Driehoeksverhouding
Jij hebt haar verleid zonder dat ze het besefte.
Jij wou haar helemaal verslinden, als een sluipend gif.
Jij verstikte haar bijna door jouw machtsgreep.
Jij wou haar voor jou alleen.
Jij wou haar in het verderf storten.
Jij vergat mij.

Ik wou je te lijf gaan toen het uitkwam.
Ik stond machteloos bij het kwaad dat je had aangericht.
Ik weet dat je weg bent, maar nog niet ver genoeg.
Ik help nu de wonden uit het verleden te helen.
Ik sta als één man naast haar, liefdevol en vastberaden.
Ik wil haar niet meer delen met jou.

Zij was blind voor de levenskracht die jij van haar vrat.
Zij heeft je uit haar leven gebannen.
Zij bestrijdt je met elke vezel in haar lichaam.
Zij kiest niet voor een allesverwoestende relatie.
Zij keek je in de ogen, de liefde was niet wederzijds.
Zij wil je nooit meer terugzien.

woensdag 7 januari 2009

Fout oudejaar

Wat doet het kerstverlof me goed! Twee volle weken samen met ons viertjes. Twee weken om vanalles samen te doen. Want omdat mijn weerstand in tegenstelling tot na de eerste fluosessie optimaal is, heb ik geen bijkomende kwaaltjes of zorgen. Wel ben ik vaak moe. 's Morgens lang slapen, een middagdutje als 't kan en 's avonds vroeg onder wol doet echter wonderen. Op oudejaar en op de familiefeesten ben ik in vorm, ik kan er écht van genieten. Ik amuseer me en ik voel me goed en geliefd.

In een vorig berichtje "Het duiveltje in Leon" las je misschien dat als de zwelling in de lies van Leon bleef terugkomen, dat een kleine operatie dan nodig was. Zo geschiedt: op maandag 29 december wordt de liesbreuk van Leon via een kleine operatie hersteld. Dankzij de vriendelijke kinderuroloog van het AZ Groeninge in Kortrijk kan Leon nog tijdens de drukke kerstvakantie geopereerd worden. Zo moet Dieter geen extra verlof nemen om Leon in het ziekenhuis te vergezellen... vanaf kwart voor zeven 's morgens na een avondje uit. Nadat ik die dag uitgeslapen ben, keer ik de rollen voor een keer om en ga ik mijn twee mannen bezoeken in de dagkliniek. Leon kan op dezelfde dag nog naar huis en na twee wat hangerige dagen is hij alweer zijn vrolijke zelve. Maar helaas niet voor lang, uitgerekend gisterennacht, net na mijn derde fluosessie, krijgt Leon zware hoestbuien en vandaag in de crèche koorts. De kinderarts stelt een bronchite vast. Gelukkig is er mijn schoonma waar Leon een paar dagen kan uitzieken.

Mensen hebben nu eenmaal de gewoonte om een jaar af te sluiten. Daar doen wij op oudejaar met plezier aan mee, zij het dan met een knipoog door "fout" als thema te kiezen: foute accessoires, foute muziek enzovoort. Maar gelukkig wèl met de juiste vrienden.
Na het aftellen wisselen we onze wensen uit. Spontaan gaan mijn gedachten naar wat het komende jaar brengen zal. De hoop op een goede gezondheid staat vanzelfsprekend hoog bovenaan mijn ranglijst. Als vanzelf sta ik stil bij de toekomst. En zo kom ik uit bij mijn grootste angsten. Ik merk het trouwens ook aan alle lieve mensen met de allerliefste wensen: ook zij voelen mee wat ik voel, al worden die gedachten dan niet altijd uitgesproken. Vaak is dat pijn om wat er is en vrees om wat nog komen zal. Tussen angst en hoop. Daarom ook dat dit voor ons een wat rare periode is, met naast de intense en leuke ook emotionele en moeilijke momenten. Voor mezelf en even-zeer voor Dieter en mijn lieve ouders. Hoe zwaar het ook is, mijn grootste angsten uitspreken en luisteren naar Dieters grootste angsten lucht op.

De nakende fluosessie speelt ook constant in mijn achterhoofd. Geen leuk vooruitzicht na de laatste malaise. Door de brugdag op 2 januari moet ik me op maandag 5 januari aanmelden in het UZ, Nina's eerste schooldag na het kerstverlof. Ik haat dit ziekenhuis echt, zeg ik tegen Dieter als we 's middags de de besneeuwde parking oprijden. Ik slaag er maar niet in om de gedachte dat ze me hier genezen tot leven te roepen. Dieter doet gelukkig geen moeite, hij weet perfect dat peptalk me op dit moment gestolen kan worden. Het is druk op de afdeling, er zijn er nog die terug aan de fluo moeten in plaats van terug aan het werk. Voor deze derde FEC-fluosessie krijg ik nog extra medicatie tegen de misselijkheid en het kotsen.

's Avonds kruip ik om 8 uur doodmoe in mijn bed; bang voor de nacht. Bang dat mijn maag zich weer binnenste buiten keert. Tot een stuk in de nacht vecht ik tegen de misselijkheid. Kotsen moet ik niet, maar veel scheelt het niet. Wat ben ik blij als ik uiteindelijk even de slaap kan vatten. Dinsdag en vandaag zijn gewoon super ellendige dagen, ik heb amper fut om iets te doen. Het fout oudejaar is achter de rug, nu die vreselijke misselijkheid nog.

Toch nog dit: dankjewel Dieter om me mijn hersenspinsels te helpen ordenen, mijn schrijfsels eerst eens te lezen - zeker op een ellendige dag als vandaag - en voor het idee om deze blog te starten. En dankjewel iedereen voor de voelbare steun die jullie allemaal geven; elk op jullie manier helpen jullie ons enorm.